Welke werknemers vallen onder het sectoraal aanvullend pensioenstelsel?

Elke werknemer ongeacht de aard van de arbeidsovereenkomst (arbeider of bediende, onbepaalde duur of bepaalde duur, deeltijds of voltijdse tewerkstelling, enz.)

  • die op 1 januari 2010 door een arbeidsovereenkomst verbonden is met een organisatie, al dan niet gesubsidieerd door de Vlaamse overheid;
  • of na 1 januari 2010 tewerkgesteld zal worden met een arbeidsovereenkomst, al dan niet gesubsidieerd door de Vlaamse overheid;
  • en op wie de cao tot invoering van een sectoraal aanvullend pensioenstelsel binnen de paritaire (sub)comités, van toepassing is;

wordt verplicht aangesloten aan het pensioenstelsel.

Worden evenwel uitgesloten:

  • Werknemers met een contract van interimarbeid, of met vakantie-, studenten- of IBO-contracten (individuele beroepsopleiding), industriële leerlingen;
  • Arbeidszorgmedewerkers en personen tewerkgesteld in het kader van art. 60 §7 van de organieke wet op de inrichting van OCMW’s en in het kader van art. 78 van het KB van 25.11.1991 tenzij er sprake is van een arbeidsovereenkomst;
  • Leerlingen waarvoor geen sociale zekerheidsbijdragen worden betaald (erkende leerling van de middenstand, leerling met industrieel leercontract, leerling in opleiding tot ondernemingshoofd, leerling met een overeenkomst voor socioprofessionele inpassing, erkend door de gemeenschappen en gewesten, stagiair met een beroepsinlevingsovereenkomst);
  • Werknemers die activiteiten uitoefenen terwijl zij al een wettelijk rustpensioen genieten;
  • Erkende beroepsjournalisten gedurende de periode die in aanmerking komt voor het wettelijk aanvullend pensioen voor erkende beroepsjournalisten, geregeld door het Koninklijk Besluit van 27 juli 1971 (B.S. 20 augustus 1971);
  • Coöperanten van Belgische niet-gouvernementele organisaties, die werken in het buitenland en voor wie een aansluiting bestaat bij de DOSZ.
  • Niet aan RSZ-onderworpen werknemers die occasioneel sociaal-cultureel werk verrichten.

Let op: de datum van indiensttreding bij de werkgever is tegelijk de datum van aansluiting aan het pensioenstelsel.

De periode die men gewerkt heeft verschillende werkgevers binnen de sector worden bij elkaar opgeteld.

De aard van het arbeidscontract (bepaalde duur, onbepaalde duur, deeltijds, enz.) speelt geen rol maar als men tewerkgesteld was als uitzendkracht (interim) in de non-profitsector, wordt er geen bijdrage voor gestort. Op dat moment is men immers in dienst bij een uitzendbureau en niet bij een instelling uit de Vlaamse non-profit. Deze periode van tewerkstelling wordt ook niet gelijkgesteld met een tewerkstelling in de Vlaamse non-profit.

<< Terug naar het overzicht FAQ’s werkgevers